Oecumenische Basisgemeente Apeldoorn



NIET WETEN

Zondag 6 december 2015

niet-etn

Om te geraken tot het smaken van alles - heb smaak in niets
Om te geraken tot het weten van alles - wil niets weten
Om te geraken tot het bezit van alles - wil niets bezitten
Om te geraken tot alles zijn - wees niets
Om te geraken tot wat ge nog niet smaakt - moet ge gaan langs de weg van het niet-smaken
Om te geraken tot wat ge nog niet weet - moet ge gaan langs de weg van het niet-weten
Om te geraken tot het bezit van wat ge nog niet hebt - moet ge gaan langs de weg van het niet-bezitten
Om te geraken tot wat ge nog niet zijt - moet ge gaan langs de weg van het niet-zijn


Joannes van het Kruis

Welkom

Lied: Hier zijn verzameld om liefde en licht

Mededelingen

Inleiding op het thema

Deze viering gaat over `niet weten’. Dat is een intrigerend, maar ook lastig onderwerp. Want wat weten we van ‘niet weten’? In de vieringenlijst is het het vierde onderwerp in het kader van het thema `Lijnen van licht’, na compassie, gerechtigheid en troost. ‘Niet weten’ wordt dus met deze onderwerpen op één lijn gesteld. Blijkbaar moet ‘niet weten’ dus net als compassie, gerechtigheid en troost als iets goeds worden gezien, als een lijn van licht. Maar waarom is `niet weten’ goed? Heel ons handelen als mens is er immers op gericht om juist meer te willen weten. Zeker vandaag de dag in onze kennismaatschappij. Niet weten is meestal een drijfveer om juist meer te willen weten. Altijd zijn we bezig om uit te vinden hoe iets nu precies zit. Zelfs van `niet weten’ willen we wel meer weten.

In de toelichting bij de viering wordt ook gewezen op `niet willen weten’, wat kennelijk als iets slechts wordt beschouwd. Maar waarom is `niet weten’ goed en `niet willen weten’ fout? En heb je af en toe `niet willen weten’ niet nodig als een vorm van zelfbescherming. Je kunt nu eenmaal niet alle problemen van de wereld op je nek nemen. Je hoeft toch niet alles te weten. En waar ligt precies de grens tussen `niet weten’ en `niet willen weten’?

Kortom, een onderwerp dat veel vragen oproept en voor de voorbereidingsgroep een flinke uitdaging vormde. In deze viering willen we onze bevindingen met jullie delen en we hopen dat jullie het na afloop dan ook niet en wel weten.

We zingen nu eerst: Leven van verhalen, eeuwen doorverteld.

Lied: Leven van verhalen, eeuwen doorverteld

De boom der kennis en de boom des levens

De boom der kennis van goed en kwaad en de boom des levens
Als je zoekt naar Bijbelse aanknopingspunten rond het thema niet (en wel) weten, dan kom je al snel bij het bekende verhaal in Genesis 2 en 3 over de boom der kennis van goed en kwaad. Deze boom stond midden in de hof van Eden, samen met de levensboom. Volgens Genesis plaatste God de mens in de hof, om die te bewerken en erover te waken. Daarbij hield hij hem voor:‘Van alle bomen in de tuin mag je eten, maar niet van de boom der kennis van goed en kwaad; wanneer je daarvan eet, zul je onherroepelijk sterven’.

Het vervolg is bekend: daartoe aangezet door de slang, eet de mens toch van de boom en wordt dan door God uit de hof van Eden verbannen. Er staat dan: “Toen dacht God, de Heer: Nu is de mens aan ons gelijk geworden, nu heeft hij kennis van goed en kwaad. Nu wil ik voorkomen dat hij ook vruchten van de levensboom plukt, want als hij die zou eten, zou hij eeuwig leven. Daarom stuurde hij de mens weg uit de tuin van Eden om de aarde te gaan bewerken, waaruit hij genomen was”.

Over dit verhaal zijn in de loop der tijd verschillende uitleggen ontstaan. In hewt Christendom is het bekend als de zondeval en is het altijd sterk in verband gebracht met de latere rol van Christus als degene die door zijn lijden de breuk tussen God en mens moest herstellen. Opvallend is dat de levensboom daarbij vrijwel geheel uit beeld is verdwenen. In de Joodse traditie is die wel meer overeind gebleven en wordt juist de nadruk gelegd op de keuze die de mens heeft: namelijk die tussen de boom des levens en de boom der kennis van goed en kwaad.

Volgens Rabbi Zalman (1889-1966) was de mens ook al vóór het eten van de boom der kennis intelligent en begiftigd met verstand. Hij was zelfs in staat om de dieren namen te geven en had meer inzicht dan de engelen. De boom des levens symboliseert het eeuwige leven dat de mens in principe kan bereiken als hij naar Gods opdrachten leeft. Door het eten van de boom der kennis verzaakte de mens die opdracht. Hij maakte zijn verstandelijke vermogens en geestelijke capaciteiten daarmee ondergeschikt aan aardse neigingen. Het hoogste van de mens werd daarmee ondergeschikt gemaakt aan de economische machine die hij zelf heeft gecreëerd. Daarom werd ook de doodstraf over de eerste mens uitgesproken. Die doodstraf geldt ook voor al zijn nazaten, omdat die tot op heden in de voetsporen van de eerste mens zijn blijven lopen. Volgens de Joodse traditie zei Adam: ‘Ik heb gegeten en zal blijven eten”. Daarom werd hij uit het paradijs verdreven: ‘Opdat hij zijn hand niet zou uitsteken en ook van de boom des levens zou eten en voor eeuwig zou leven’. De mens moet niet denken dat hij van twee walletjes kan eten: hij moet een duidelijke keuze maken. Het kost moeite en inspanning om Gods wegen te volgen. En alleen dat leidt tot een hogere vorm van leven.

Het Genesisverhaal symboliseert dus de eeuwige keuzevraag tussen lichaam en geest. Moet de mens gedurende het hele leven alleen maar bezig zijn met het winnen van allerlei aardse benodigdheden, zoals eten, kleding en kennis (de mens als schepper naast God)? Of kiest de mens voor geestelijke zaken zoals het spirituele leven?

Volgens Rabbi Zalman is het plausibel te veronderstellen dat de geestelijke capaciteiten van de mens bedoeld zijn voor hogere zaken. Het gebruiken van de goddelijke ziel en het verstand enkel en alleen voor de bevrediging van lichamelijke behoeften staat gelijk aan het verteren van de ziel en daarmee een geestelijke dood. Dit heeft God de mens willen aanleren met het verbod om te eten van de boom der kennis: dat hij zijn denken en verstandelijke vermogens niet enkel en alleen zou gebruiken om daarmee kennis en inkomsten te verwerven. Maar voor het bereiken van het eeuwige leven – gesymboliseerd door de boom des levens.

De boom der kennis van goed en kwaad, met zijn aanlokkelijke vruchten, is dus vergelijkbaar met het gouden kalf waar de Israëlieten omheen dansten in het latere Exodusverhaal en met misschien ook wel met onze commerciële kerstboom volgeladen met pakjes. Alle reden dus om nog eens kritisch naar de boom van kennis van goed en kwaad te kijken, zoals in de volgende bijdrage.

De boom der kennis van goed en kwaad - door drs. P

De wolk van niet-weten

Als je voor die boom van leven moet kiezen, ja hoe doe je dat dan?
Het kost moeite en inspanning om Gods wegen te volgen hoorde ik ook.
Gods wegen..
Maar wie is die God eigenlijk, wie is God?

Sinds mensenheugenis hebben de mensen gezocht naar een verklaring voor het bestaan. Steeds opnieuw heeft men geprobeerd achter de sluier van de zichtbare werkelijkheid te kijken en het geheim aan de goden te ontfutselen. Door alle eeuwen heen, ieder op zijn eigen manier. Ook de wetenschap bemoeide zich ermee.
Maar wetenschappelijke ontdekkingen bevredigden de mens niet echt. De mens ging meer verlangen naar een geestelijke ervaring.
En dan zijn we beland bij de mystici. De mysticus weet dat het verstand ontoereikend is om het bestaansmysterie op te lossen.
Hij of zij maakt weer contact met de bron van het leven. Mystiek is de weg van het onzegbare mysterie, niet een weg van het verstand.

De mystici zeggen: geen woord kan God omschrijven .Geen voorstelling klopt, geen opinie is geldig. Om God te leren kennen moeten we komen tot het niet-kennen, om weet te hebben van het grondeloze mysterie moeten we komen tot het niet-weten, een zuiver niet-weten en een vergeten van jezelf. Je moet onder je een wolk van vergeten plaatsen, terwijl een wolk van niet-weten boven je hangt, tussen jou en God.
We moeten ons leegmaken van al wat wij denken en ons voorstellen over God,
je verstand op nul zetten en alleen ervaren, ondergaan. Laat alles los en volg maar.

De mystieke theologie is een zwijgende theologie- Het werkelijke kennen van God is als het binnengaan van een wolk van niet-weten. Gevoel, verstand, verbeeldingskracht, wil of zintuigen zijn niet geschikt om God te ontvangen.

Woorden, beelden, vergelijkingen verdwijnen . God is een verblindend licht. Wie er ongelouterd in kijkt ontvangt een straal van duisternis of zal merken dat God zich hult in een wolk.  De wolk van niet-weten. Wat je ook probeert, die wolk blijft tussen jou en God. Die duisternis moet je niet letterlijk nemen en die wolk ook niet, ze duiden beide op een ontbreken van weten.

Het betekent niet dat je je verstand op nul moet zetten, of je gevoel moet negeren. Het gaat om de liefdeskracht die uitgezuiverd wil worden. Als je God wilt naderen, dan moeten alle menselijke vermogens verduisterd worden. Dat is aan de ene kant een techniek, maar aan de andere kant een werking die God zelf uitoefent als hij sommigen optrekt ‘de wolk in’. Het is een kwestie van  overgave.

Het beeld van de wolk vinden we terug in de bijbel.
In Exodus 13 staat het verhaal over het volk Israël dat op weg is naar het beloofde land.  Ze wisten niet hoe ze daar moeseten komen, maar de Heer ging voor hen uit om de weg te wijzen. Overdag in een wolkkolom en ’s nachts in een lichtende vuurzuil. Zo konden zij dag en nacht verder trekken
Er is geen duidelijke aanwijzing wie of wat God is, ze weten het niet....maar volgen de wolk.

Franciscus noemde zich ook een niet-wetende (idiota), en koos voor de ervaring zoals ook Jezus koos voor de ervaring in de ontmoeting met mensen.

Ik las ergens :Als je het zoeken naar God zelf in één woord wilt samenvatten om het zodoende makkelijker vast te houden, neem dan daarvoor een kort woord, liefst van één lettergreep. Een woord bijvoorbeeld als God of liefde of een ander kort woord. En plant dat woord stevig in je hart zodat het daar steeds aanwezig is, wat er ook gebeuren mag.

En als wij over God praten, wie of wat is dat dan? Wat weten wij over God?
Toch gebruiken wij in de liturgie beelden van God als persoon. We spreken God aan o.a. in onze liederen met jij,  u, onze vader, Hij, de Eeuwige,de Levende enz. Alleen Zij, dat wil er niet echt in..... waarom eigenlijk niet?......

Wij hebben als mensen geen mogelijkheid het mysterie van het bestaan te doorgronden en toch moeten we als mensen tot spreken komen.

Als je teksten of liederen probeert te vinden die recht doen aan de God die niet een persoon is en die niet bestaat, maar wel gebeurt, dan worden woorden abstract en afstandelijk.
Met een abstractie kun je niet communiceren. Daarom blijven wij ook gewoon de liederen zingen, zoals we ze zingen, want ze raken ons toch.

En soms moet je je terugtrekken om God te ontmoeten. Dan gebeurt God in de stilte van je eigen hart of in de stilte van de natuur of al luisterend naar muziek.
Of tussen mensen.

Lied: Veel te laat heb ik jou lief gekregen

De duvel mag weten

Wel en niet (willen) weten

Wir haben es nicht gewusst. Deze beladen uitspraak werd na de oorlog gebruikt. Men wist niet van de holocaust. Een verontschuldiging. Maar eigenlijk wist men het wel De razzia,s; de kampen alles wees in een bepaalde richting. Maar het is wat ds Niemoller ooit schreef. Eerst kwamen ze de joden halen, maar ik was geen jood. Toen de zigeuners, toen de homo,s. Maar toen ik aan de beurt was, was er ook niemand die iets zei. Onaangenaam nieuws kun je liefst niet horen, maar je weet er wel van. Een vlucht in de ontkenning. We selecteren graag in wat we willen weten. Dat geeft wat ruimte voor jezelf. Geen verantwoordelijkheid hoeven dragen noch nemen. En dat is soms nog begrijpelijk ook. In het klein doen zich ook vaak feiten voor die we niet weten en dan zeggen we nogal eens: Joost mag het weten. Met andere woorden de duivel heeft dat bedacht. (Joost is een synoniem voor de duivel).

Iets niet weten kan ook schrijnend zijn. Denk maar aan de ramp met de MH17 in de Oekraine. Nooit zullen de nabestaanden weten hoe de laatste momenten van hun dierbaren waren en waarschijnlijk ook nooit weten wie de raket heeft afgevuurd. Ook nu is er een situatie van niet weten. Ik bedoel de terroristische aanslagen en meer nog de dreiging er van. We weten niet waar en wanneer aanslagen zullen plaats vinden. Dat niet weten is het tegengestelde van de holocaust. In beide gevallen is er angst. En dat is een slechte raadgever. Wat zou het fijn zijn als we wisten waar de terroristen mee bezig zijn.

Er zijn meer voorbeelden, waar slechts zwijgen past en waar je met niet weten moet leren leven, hoe moeilijk dat ook is. Weten is dan wel veel geruststellender.

Maar gelukkig voor ons is er ook nog een andere kant aan niet-weten. In onze internetmaatschappij hoef je niets meer te weten. Je moet kijken op Google. Google weet alles. Dus waarom zelf nog op zoek gaan naar iets van feiten of waarheid. We worden al overspoeld met informatie via de media. Facebook, twitter whatsapp het kan niet op. Maar daar is ook een grote valkuil. In de zucht om het nieuws als eerste te brengen worden er te vaak maar halve feiten gemeld en vervolgens wordt daar door de nieuwsrubrieken op ingezoomd en worden de zogenaamde feiten naar eigen ideologie geinterpreteerd. En ontstaat er een eigen werkelijkheid. We denken dan te weten wat er aan de hand is, maar we kennen slechts een deel van het verhaal. En omdat de wereld zo globaal is geworden en elk incident ons direct door de media wordt gemeld is er de neiging te geloven wat er verteld wordt.

Dat er meestal twee kanten aan een zaak zitten dat is te veel werk en gaat te lang duren. En zo ontstaat de paradox dat we over van alles en nog wat worden geinformeerd, denken te weten hoe het zit, maar weten vaak niet de helft. Weten is dan soms ook niet weten, zonder dat het als zodanig wordt ervaren.
Soms wordt getracht dat probleem van halve waarheden te vermijden door cijfers te produceren. Immers meten is weten. In onze economie is dat welhaast een religie geworden. Maar vaak is het een schijnwerkelijkheid die wordt geproduceerd. Het gaat goed met de economie als we lezen dat de groei een half procent bedraagt. Maar hoe komen we aan dat cijfer en wat zegt het over ons gemiddelde welbevinden. We meten ons geluk met de cijfers van BBP :Bruto Binnenlands Product Dat is de som van alles wat we produceren, uitgezonderd het huishouden doen. Hoe hoger het cijfer hoe bter het gaat. Maar de productie van bommen verhoogt ook het BBP. En dan denkt men te weten :dat ziet er goed uit Maar het zegt feitelijk niks. Weten heeft ook iets te maken met een diepere laag van zoeken naar wat ons beweegt en gaande houdt. Niet alles is te meten, noch eenzijdig te verklaren. Je komt tenslotte uit bij de vraag: wat is waarheid?

En die vraag is niet objectief te beantwoorden. In dat opzicht is geloven een zegen. Geloven is niet weten maar overgeven aan de idee dat er iets onbenoembaars is, maar toch invloed heeft op ons leven en denken. Het is goed om te twijfelen, het niet te weten. Het geeft je de ruimte om je heen te zien in verwondering. Om met Herman Finkers te spreken: Vroeger was ik een twijfelaar nu ben ik daar niet meer zo zeker van.

Jij mens - door Louise Korthals

Collecte

Collecte bestemd voor de Herberg, stichting Citypastoraat

Gedicht: Een groot geluk - van Wislawa Symborszka

Zegen



Gebruikte bronnen: Rabbijn Evers, De wolk van niet-weten
(auteur onbekend), Joannes van het Kruis
Muziek tijdens de collecte: Keith Jarrett- For all we know


Home

Indien u op de hoogte wil blijven van de activiteiten van onze oecumenische basisgemeente kunt u zich abonneren op onze digitale nieuwsbrief.
Stuurt u dan een e-mail naar: info@oecumenische-basisgemeente-apeldoorn.nl

Bijgewerkt: 15 december 2015